AI: enkele misvattingen ontkracht
Over AI doen heel wat stellingen de ronde. Maar het is niet altijd duidelijk wat klopt en wat niet. Is AI nu echt slimmer dan mensen? En kunnen enkel technici er iets mee aanvangen? Hieronder vind je vier misvattingen over AI. We leggen uit waarom ze niet helemaal waar of soms gewoon helemaal fout zijn.
Misvatting 1: “AI is magie”Verschillende toepassingen van AI kunnen de perceptie wekken op onverklaarbare of magische wijze te werken, zeker voor wie niet vertrouwd is met de technologie. Hoe weet bijvoorbeeld een webshop nu welke producten je interessant vindt? Of hoe weet Spotify je telkens weer de beste muzikale ontdekkingen voor te stellen? Hoewel AI-technologieën vaak een sterk staaltje van menselijk en technisch vernuft zijn, is het eigenlijk een toegepaste vorm van wiskunde en statistiek. Zo bestaat AI namelijk uit een reeks algoritmen, die op hun beurt een reeks berekeningen zijn.
|
|
Misvatting 2: “AI is slimmer dan mensen”Een AI-systeem is vaak sneller en nauwkeuriger in het uitvoeren van een specifieke taak dan de mens. Maar dat is enkel het geval voor de taak waarvoor het getraind is. Zo kan een robot met AI bijvoorbeeld vlot en correct rijpe van onrijpe vruchten onderscheiden, maar kan je diezelfde robot niet zomaar een auto laten bouwen. Er wordt daarom wel eens gesproken over ‘narrow AI’ (‘nauw afgebakende AI’). Als mens daarentegen, kunnen we beroep doen op onze creativiteit en ervaring om de oplossing voor het ene probleem in te zetten als mogelijke oplossing voor andere problemen of taken. Op dat vlak zijn we dus veel intelligenter. AI die op eenzelfde manier als mensen kan redeneren, noemen we ‘strong AI’ of ‘Artificial General Intelligence’. Experten zijn echter verdeeld over ‘of’ en ‘wanneer’ we deze vorm van AI zullen zien.
|
|
Misvatting 3: “AI is enkel voor techneuten”Hoewel het programmeren van AI specifieke expertise vraagt en niet voor iedereen is weggelegd, worden softwarepakketten om zelf AI-toepassingen te bouwen steeds toegankelijker. Zo biedt Google bijvoorbeeld TensorFlow aan. Dat is software die, mits wat basiskennis programmeren, gebruikt kan worden om computers te trainen om complexe taken uit te voeren. Daarnaast is het belangrijk dat iedereen meedenkt over de manier waarop we AI willen inzetten, ook mensen met een minder technische blik. AI-toepassingen hebben namelijk op verschillende manieren een invloed op het leven van elk van ons.
|
|
Misvatting 4: “AI zal onze jobs afnemen”In het werkveld wordt AI vooral ingezet op jobs die te maken krijgen met een van de ‘4 D’s’: Dull, Dirty, Dangerous en Difficult (ofwel: Repetitief/saai, Smerig, Gevaarlijk en Moeilijk). Denk bijvoorbeeld aan een spamfilter, die de gevaarlijke e-mails voor jou behandelt. AI wordt echter eerder als hulp bij het uitvoeren van een job ingezet, waarbij mensen nog steeds in de meeste gevallen de eindbeslissing nemen. Hoewel sommige jobs geautomatiseerd zullen worden met AI, ontstaan er ook andere jobs bij het ontwikkelen, ondersteunen en onderhouden van deze AI-systemen. Sommige jobs zullen verdwijnen, maar de meeste zullen vermoedelijk van inhoud veranderen. Dat zal betekenen dat heel wat werknemers zich blijvend zullen moeten bijscholen. Ook de kwaliteit van jobs zullen we moeten bewaken. AI zal dus vermoedelijk niet onze jobs wegnemen, maar de voordelen van AI gaan wel gepaard met professionele uitdagingen.
|